Het is woensdag 29 juni 2005, ’s avonds een uurtje of negen, half tien. Ergens in de verte, in de hal ofzo, spelen de Police dat ze een SOS sturen naar de wereld. Oh shit…. da’s m’n telefoon dus die gaat !
Op de display staat: 010-zoveel. Mmm… Rotterdam en omgeving belt. Paar opties… Of m’n schoonouders… Nee, dat is lastig als Patries die al op de vaste lijn heeft hangen. Dan broer, nee die heeft dan weer een geheimnummer (je doet wat om miserieus te blijven). Mmm… Jochem en Maaike dan ??? Nee dat nummer zou ie toch echt wel herkennen (should be).
Dan toch maar eens opnemen.
“Hallo… ? hallo… ? hallo…?” Enfin, een seconde of twintig later begint in een vreselijk geacteerd accent “Alapresie…”
Kijk en op dat moment is alles duidelijk. Ik heb niemand minder als Diederik aan de lijn! En dat is toch een t##r!ng tijd geleden. Died is namelijk in de tussentijd een huis aan het kopen geweest, met z’n vriendin gesplitst, toen toch weer bij elkaar gegaan, is verhuisd en kreeg vervolgens net als ons last van z’n buren (we gaan een praatgroepje oprichten).
Leuk dus om elkaar weer eens te spreken. We gaan weer een afspreken… gaat waarschijnlijk ergens in of na augustus worden…